Jonge werknemers vinden een goede werk-privébalans belangrijker dan ooit, maar dat leidt tot toenemende frustratie bij werkgevers. Zes op de tien ondernemers vinden dat jongeren hun privéleven te vaak vooropstellen, blijkt uit onderzoek van Ipsos I&O, zo meldt het AD. Ook oudere collega’s zouden zich storen aan de houding van jongere generaties op de werkvloer.
Het onderzoek onder 2.127 Nederlanders en 336 werkgevers toont aan dat met name werknemers van 18 tot en met 34 jaar veel waarde hechten aan balans tussen werk en privé. Werkgevers zien dat met lede ogen aan. Zo denkt 59 procent dat jonge medewerkers niet bereid zijn om fulltime te werken.
„Ze zijn duidelijk kritisch op jonge werknemers. Uit de onderzoeksresultaten proef je de irritatie”, zegt Peter Kanne, senior onderzoeker bij Ipsos I&O. „Dat is best te begrijpen: deze ondernemers hebben een bedrijf te runnen en willen blijven groeien. Daar heb je bevlogen mensen voor nodig en in hun beleving heeft de jonge werknemer wat minder hart voor de zaak.”
Andere generatie, andere kijk op werk
Toch pleit Kanne voor een constructieve benadering: „Je mag kritiek hebben op jonge mensen, maar het zijn wel de medewerkers van de toekomst. Die moeten we op een andere manier benaderen.”
Ook Ingrid van Tienen, directeur talentontwikkelaar bij Ormit Talent, ziet dat jongeren werk anders benaderen: „Wij richten ons op pas afgestudeerden en deze groep zegt juist: we zijn trots op hoe we naar de wereld kijken. Ze kijken een stuk flexibeler naar werk, vinden dat een werkdag niet per se van 09.00 tot 17.00 uur hoeft te duren. En daar moeten we rekening mee houden.”
Volgens Van Tienen betekent dit niet dat jongeren lui zijn of geen inzet tonen: „Ze willen dat best als een deadline gehaald moet worden, als het maar niet structureel gebeurt. En als ze de overwerktijd maar mogen compenseren wanneer het hun past. Ze zijn heel erg van het duurzaam volhouden van werk; dat is een heel andere benadering dan hun ouders, die werk altijd centraal stelden.”
Ongeduld en zelfoverschatting
Veel werkgevers geven aan dat jongeren zichzelf ook snel overschatten. Dat herkent Van Tienen: „Ze zijn misschien wat ongeduldig, denken als ze iets twee keer hebben gedaan ‘ik beheers het nu wel’ en onderschatten de toegevoegde waarde van ervaring.’’
Door de krappe arbeidsmarkt voelen jonge werkenden zich in de positie om eisen te stellen. Meer dan de helft van de werkgevers vindt deze eisen soms te hoog, vooral op het gebied van salaris.
Volgens Kanne speelt er nog iets anders: „Iedere generatie vindt zichzelf weer net iets belangrijker dan de vorige en daardoor hebben we ook minder plichtsbesef.” De jongste generatie zou minder gewend zijn om concessies te doen, mede doordat ze zijn opgegroeid in relatief welvarende tijden. „En ondertussen worden ze continu afgeleid door hun telefoon, door alle groepen en netwerken waar ze in zitten. Dat maakt dat hun leven niet in balans is, je kunt niet overal evenveel energie in steken.”
Jongeren brengen ook innovatie
Toch is er ook waardering. Veel werkgevers zien dat jonge werknemers technologie snel oppakken en innovatiever zijn dan oudere collega’s. „Hun creativiteit is echt heel fijn. Bovendien zijn ze gewend om met veranderingen om te gaan, mede door de coronacrisis; ze passen zich makkelijk aan,” zegt Van Tienen.
Ze pleit ervoor om vooroordelen tussen jong en oud bespreekbaar te maken. Kanne sluit zich daarbij aan: „Ik werk alleen maar met jonge mensen, die zien hun werk gewoon anders. Daar moeten oudere werknemers begrip voor leren hebben.”
Platform dat HR-professionals verbindt en actuele informatie brengt op het gebied van arbeidsvoorwaarden.